Erke, trutruca en kull kull

De
erke (erque, ook wel 'hoorn' of
quepa) is een hoorn, die op aan
elkaar bevestigde stukken riet wordt gezet van verschillende lengte
(tot wel 4 meter), enigszins vergelijkbaar met de
Alpenhoorn. Hij wordt bespeeld
door te blazen aan het uiteinde of door een opening aan de zijkant
van het riet, dicht bij het uiteinde. Hij wordt gebruikt in het
noordwesten van Argentinië en
Bolivia (waar hij wel
caña chapaca
of
tira tira heet), vaak nog in
religieuze ceremonies. In de tweede helft van de 20e eeuw werd de
erke ook wel in popualire volksmuziek gebruikt.
De bamboe wordt in de lengte gekliefd en uitgehold. Daarna wordt de
stok omwikkeld met darm of wol en luchtdicht gemaakt, bijvoorbeeld
door hem in verse pens te leggen en het geheel te laten drogen.
Tegenwoordig voldoet een PVCpijp ook prima.

Varianten zie je bij de
zuidelijke Mapuchestammen: de
trutruca
(foto rechts) heeft een hoorn aan het eind van een stuk bamboe of ander
materiaal, dat soms opgerold is.
De
longuin ñolkin is kleiner
dan de trutruca, de buis meestal opgerold en omwonden. Hij
wordt niet bespeeld door te blazen, maar juist door in te ademen.
De
kull kull van de Mapuches is
een losse koehoorn, die gebruikt wordt voor communicatie.
In een heel ander werelddeel vind je een vergelijkbaar instrument:
de Australische
didgeridoo. Peru
kent de vergelijkbare
Clarín.

begin
Kyrie uit de Misa Criolla (CD Misa Criolla/algo+): erke en
huancara (grote caja)
kinderorkest met Andesinstrumenten met bij 1:20 een erke, erke
door Facundo Tolaba
Sentir vivir, moderne Mapuchemuziek met in begin een
kull kull en verderop een
pifilca
longuin ñolkin, pifilca en trutruca, trutrukero: Ricardo Araneda
Vilunir
Hoe bespeel je een trutruca, video van Kalfumalén
Hoe bespeel je een ñolkin, video van Kalfumalén